Dat Stekene een bosrijke gemeente is weet iedereen wel. Maar wist je ook dat ruim 16% van de gemeente uit bos bestaat en Stekene daarmee koploper is in Oost-Vlaanderen?
Vooral ten noorden van de Expressweg is een groot lappendeken van bossen en open plekken te vinden dat zich uitstrekt van Nieuwdorp tot de Hellestraat. Een groot deel van die bossen zijn aangetast en verwaarloosd geraakt, maar gelukkig is er de jongste jaren een kentering gekomen, mede onder impuls van vzw Bosgroep Oost-Vlaanderen, een organisatie van en voor private boseigenaars.
Zij leveren daar fantastisch werk om samen met de boseigenaars hun bossen om te vormen van monotone sparren- en dennenbossen naar gemengde loofbossen, die een veel grotere variatie aan leven voor allerlei organismen bieden.
Maar mijn vergrootglas is in dit artikel gericht op enkele open plekken tussen deze bossen waar de natuur alle kansen krijgt om tot ontwikkeling te komen. Laat je verwonderen door deze pareltjes…
Het Speelhof, met dank aan een priester
Natuurpunt bouwt in een uithoek van Stekene, tussen het Riet, Driehoefijzerstraat en Speelhofdreef, op de grens met Nederland een stevig natuurgebied uit: het natuurreservaat Het Speelhof. Aan de oorsprong ervan ligt de bekommernis van een man voor het landschap en de natuur in zijn woonomgeving. Deze gronden waren namelijk eigendom van E.H. Ignace De Kesel en de natste en laagst gelegen delen met een oppervlakte van 2,45 hectare heeft hij sedert 1984 in beheer gegeven aan Natuurpunt. Dankzij het legaat aan Natuurpunt na zijn overlijden en de aankoop van 1,5 hectare bos is het Speelhof in Stekene in 2014 sterk uitgebreid, tot meer dan 10 hectare.
In het Speelhof zie je met niveauverschillen van zo’n twee meter de oude landduinen van de stuifzandrug Maldegem-Stekene op zijn best. Eén van de percelen grenst aan een met dennen beplant landduin. Natuurpunt wil de zandige glooiing op hun perceel te herstellen, zodat die mooi aansluit bij het dennenbos, dat broedgelegenheid biedt aan uilen en roofvogels. Het Speelhof zelf situeert zich in het slenk of duinpangedeelte, en omvat landschappelijk mooie natte tot zeer natte en ’s winters ondergelopen graslanden op venig zand.
En wie ‘veen’ zegt, zegt turf. De natste helft is namelijk dooraderd met een tiental brede ondiepe greppels. Die greppels zijn ontstaan door het uitgraven van turf in deze venige grond, lang geleden gebruikt voor het verwarmen van woningen voordat steenkool ingeburgerd geraakte. Het gebied bestaat nu uit moeras, grasland en bossen, een mooie combinatie voor een gevarieerd landschap. Van mei tot oktober grazen er enkele paarden. Op het hogere deel is er hierdoor een korte grasmat ontstaan in een heischraal grasland. Grote ratelaar, een parasietplant die op andere planten leeft, gewoon biggenkruid, moerasrolklaver en duizendguldenkruid geven kleur aan het geheel.
Bloemrijke ruigte
De nattere zone met de greppels biedt ’s zomers een zeer bloemrijke ruigte met kale jonker, kattenstaart, grote wederik en watermunt. Doordat de paarden hier minder grazen groeiden met de jaren de slootjes dicht met riet. Er is ook veel opslag van zomereik, grauwe wilg, zwarte els en ruwe berk. Deze uitbundige vegetatie trekt veel vogels aan zoals kleine karekiet, sprinkhaanzanger en fitis. In de winter vind je er steevast houtsnip en waterral, soms eens een watersnip.
De graslanden worden niet meer bemest, nog éénmaal gemaaid door een landbouwer en daarna begraasd door paarden of runderen. De overige percelen uit het legaat, langs de Driehoefijzerstraat, hebben ongeveer dertig jaar geleden een gemengde aanplant gekregen van onder meer zomereik, linde, tamme kastanje, boswilg, ruwe berk. Op een ander perceel staat een al ouder bos van naaldbomen en berk. In deze bossen is het doel om een kruidlaag te creëren die de bossen nog waardevoller zal maken.
Natuur op een oude stortplaats?
Tja, de naam zegt het zelf: in de Groene Putte zijn van oudsher mensen bezig geweest met het graven in de bodem. Net zoals in het Speelhof waren venige gronden in de landduinen het werkterrein van turfstekers, en dat tot in de Middeleeuwen. Maar daarmee hield het graven hier niet op. Toen in de jaren 1970 zand nodig was voor de aanleg van snelwegen, ontdekte men dat het zand in het noorden van Stekene onder de (uitgegraven) veenlaag hiervoor ideaal was. Tussen de Heistraat -Lange Dweersstraat-Vogelzangstraat ontstond zo een zandwinningsput van ruim 4 hectare groot. Nadat het zand ontgonnen was, werd de put als stortplaats voor bouwpuin gebruikt, en afgedekt met een lemige bodem.
Dat maakt dat het gebied nu vooral ’s winters drassig is. In 2015 kocht Natuurpunt deze voormalige zandwinningsput gedeeltelijk aan, en op een oppervlakte van 2,66 hectare wil de vereniging er spontaan een open natuurlijk bos van wilgen, zwarte elzen, zomereiken en ratelpopulieren laten groeien, zegt conservator Paul Creve.
De runderen van een lokale landbouwer die in de Groene Putte ‘s zomers grazen bevorderen het kiemen van bomen en struiken. Ze houden het gras kort, trappen de bodem open en zorgen voor bloemrijke open plekken voor vlinders, zweefvliegen en andere insecten. Aan de ingang van het gebied via de Vogelzangstraat kan je even verpozen tijdens een fiets- of wandeltocht op de leuke picknickbank. Het gebied – ook waar de runderen lopen – is vrij toegankelijk via een voetgangerssluis. Kijk wel uit voor de koeienvlaaien!
De Witte Bergen, kers op de taart
Nog zo’n oude zandwinningsput uit de jaren 1970 ligt in het gebied dat gekend is als De Witte Bergen omdat er een berg mooi wit zand achtergebleven is na de ontginning. De eigenaars hebben sedert begin jaren 2000 de put gedeeltelijk mogen opvullen met grond, maar dat moest gebeuren op basis van een natuurinrichtingsvisie die via een participatietraject met de omwonenden was uitgewerkt door de gemeente.
Nu de werken zijn afgerond zijn de Witte Bergen een echt ‘pièce de résistance’ geworden. Al vanuit de Polderstraat zie je op het einde, aan de splitsing met de Korte Dweersstraat-Koornaarstraat-Zandstraat een enorme vlakte waaruit een gigantische witte heuvel oprijst. De afdeklaag van die heuvel bestaat uit het wit zand dat ter plaatse werd ontgonnen, en refereert zowel naar de ontginning als naar de oude landduinen in deze streek. De heuvel gaat geleidelijk over in een golvende waterpartij en zo lijkt het wel een strandje aan het water.
Oeverzwaluwen
Voor dit gebied met een oppervlakte van ruim 5,5 hectare heeft het gemeentebestuur een overeenkomst afgesloten met de huidige eigenaar voor de overname. De gemeente kijkt er nieuwsgierig naar uit hoe de natuur zich hier gaat ontwikkelen en bekijkt nu hoe het gebied best beheerd gaat worden, want het heeft vele mogelijkheden. Zo is één van de wanden van de heuvel steil aangelegd zodat de oeverzwaluwen, waarvan hier vroeger een kolonie huisde, terug een ideale woonplaats kunnen krijgen. De zachthellende oevers zijn dan weer geschikt voor amfibieën zoals de zeldzame rugstreeppad, die al in de omgeving is waargenomen.
Oehoe
Deze variatie in het landschap middenin de bossen- zal gegarandeerd zorgen voor een grote diversiteit aan levensvormen. Het is boeiend om te zien hoe alles als in een netwerk met elkaar verbonden is. Elk dier, elke plant, elke levensvorm heeft een plaats en nut in dit gebied, waar beetje bij beetje nieuw leven begint te ontstaan. Deze open plek tussen de bossen biedt ook aan roofvogels zoals havik, sperwer of buizerd de mogelijkheid om op thermiek al rondjes draaiend steeds hoger en hoger te zweven, tot ze een prooi hebben gezien waar ze op af kunnen duiken. En zelfs de zeldzame oehoe, de grootste Europese uil, heeft in de omgeving al gebroed. Die voelt zich hier dus ook al goed thuis…
De Witte Bergen zijn vrij toegankelijk voor wandelaars die even willen genieten van de prachtige uitzichten vanop de heuvel, van de grote vlakte of het zicht op het water. Zwemmen blijft echter verboden hier, evenals alle vormen van actieve recreatie zoals mountainbike of cross.
Trek je wandelschoenen dus maar aan om deze drie pareltjes te ontdekken!