2300 ‘plakboeken’, 5000 strips, munten, bieretiketten, -kaartjes en –dopjes, foto’s van wielrenners en filmsterren, Paniniboeken, een kast vol Dinky Toys, heksen, matroesjkapoppen, schilderijen: welkom in de wondere wereld van reiziger/opperverzamelaar Marc Herman, alias Den Bas.
Hoewel hij in de Zandstraat in Sint-Pauwels woont, is Den Bas toch in de eerste plaats een Kemzekenaar ‘pur sang’, onderweg met zijn winkelkarretje en zijn hond, minstens 25 onstuimige levens achter de rug, gediplomeerd fotograaf, ongeëvenaarde kok, huwelijksbemiddelaar, sappige verhalen over Rusland en Saoedi-Arabië, talenknobbel, een zwak voor mooie vrouwen, spraakwaterval, het hart op de juiste plaats…
Als voorbereiding op ons interview heeft Den Bas een lijvig boek klaargelegd ‘ It’s me Bas & Kathoesja’ foto’s en commentaren over zijn strapatsen en zijn levensfilosofie, Kathoesja is de hond. Ik besef meteen dat ik in een kort bestek onmogelijk een volledig beeld kan schetsen van Den Bas, het zal bij flarden blijven.
Tweede vaderland
‘Na mijn schooltijd startte ik bij Nobels-Peelman in Sint-Niklaas, een metaal- en constructiebedrijf dat op haar hoogtepunt einde jaren ’70 werk bood aan duizend Wase gezinnen. Nobels was ook actief in het buitenland en op die manier mocht ik mee op ‘missie’ naar Rusland. Ik leerde er Russisch spreken, Rusland werd mijn tweede vaderland. In Moskou bouwden we onder meer een expo hal. Er werd letterlijk gevochten om mee te mogen naar Rusland, het was één groot avontuur voor jongens uit het Waasland die in het verre Moskou aan de slag gingen, je sloot er vriendschappen voor het leven, ik ontmoette er ook mijn (ex) vrouw.’
‘Nadien kon ik mee op ‘missie’ naar Saoedi-Arabië waar we pergola’s installeerden bij een sjeik. Voorts heb ik diverse periodes in Algerije gewerkt maar net zo goed was ik actief bij de bouw van het Europees Parlement in Brussel, ik was betrokken bij de constructie van schuilkelders en op de scheepswerf van Langerbrugge bouwde ik mee aan baggerboten en zeilschepen waaronder de ‘Star Flipper’ en de ‘Star Flyer’. Ik was vele jaren actief als vakbondsafgevaardigde voor het ACV/ACW bij diverse bedrijven, op betogingen was ik meestal de fotograaf van dienst. Met de vakbond maakte ik enkele ‘inleefreizen’ naar onder meer Rwanda en Niger.’
Maatschappelijk engagement
‘In 1973 stichtte ik de Chiro van Meerdonk, samen met Paul. P. Vereecken. Bij Juventa, de chiro van Kemzeke, was ik 9 jaar leider en gaf ook diverse gewestcursussen. Daarnaast was ik 30 jaar betrokken bij toneelvereniging ’t Kelderken in Kemzeke met de bouw van decors en achter de bar. Alle organisaties opsommen zou te ver leiden maar ik ga jaarlijks mee met de Intersoc vakanties van de Christelijke Mutualiteit, ik sta er ik keuken en doe de afwas en als manusje-van-alles maak ik me nuttig. Voorts ben ik lid van de Regionale Adviesraad (RAR) van Cera waarmee we jaarlijks subsidies verdelen voor maatschappelijke projecten. Ik verleen hand- en spandiensten bij het VLOS (Vluchtelingen Ondersteuning Sint-Niklaas). Neem daarbij nog mijn engagement als mantelzorger, dan begrijp je wel dat ik tijd tekortkom.’
Talenknobbel
‘Natuurlijk spreek ik Russisch, ik heb acht jaar les gevolgd, gevloekt en gezweet. Ik raad je aan om eerst het Russisch alfabet te leren, wij kennen 26 letters, het Russisch telt 33 symbolen, maar dat moet je vermenigvuldigen met drie want ze kennen kleine letters, drukletters en geschreven letters.’
Boodschappenkarretje
Waar men gaat langs Wase wegen komt men Den Bas tegen. ‘Mensen die me kennen zien me dikwijls wandelen met mijn boodschappenkarretje. Ik heb dan wel een auto toch verkies ik de bus of de belbus. Wanneer de bus op zich laat wachten tracht ik alvast te liften. Af en toe leidt dit tot een warme ontmoeting, laatst werd ik opgepikt en thuisgebracht door een Palestijn. In het licht van de huidige oorlog kan dit geen toeval zijn, ik geloof steeds meer dat ons leven gepland is.’
Ruilbeurzen
Uitsmijter van mijn bezoek is een rondleiding doorheen de woning van Den Bas. In de keuken staat soep te pruttelen, restjes van groenten, twee varkenspoten en een stuk hespbeen van een geit. ‘Een nachtje laten trekken tot alles van het been is. Op de Stekense markt koop je voor 5 euro 5 soorten groenten, dat krijg je niet eens op binnen een week.’
Zoals gezegd: Den Bas verzamelt en blijft verzamelen. Zijn woning puilt dan ook uit, alles is goed om voorwerpen op uit te stallen: tafels, stoelen, trappen, boekenrekken, bovenop de keukenkasten, je kan het zo gek niet verzinnen. Ik zie een verzameling Cola- en Jupilerblikjes van Belgische voetballers die meededen aan een Europees kampioenschap, prentkaarten over Belgisch-Congo, een verdieping hoger ontwaar ik labels van bieren, wijn en sterke drank (Den Bas is trouwens lid van de ‘Bierclub van Moskou’). In een volgende kamer rekken vol plakboeken van Verkade en De Beuckelaer, Meurisse en nog veel meer. Plaatjes over de Koninklijke Familie en S.K. Beveren. Ook hoeden ontsnappen niet aan zijn verzamelwoede, fraaie exemplaren uit Cuba, Rusland en Burkina Fasso. Een boekenplank met meer dan 5000 strips buigt gevaarlijk door. ‘Ik weet het, ik zou eens moeten opruimen, maar hoe begin ik daar aan, ik kan trouwens niets wegdoen, iedere week komt er nog bij. Ik bezoek heel vaak ruilbeurzen en rommelmarkten en kom altijd met ontdekkingen thuis. Voor het geld doe ik het niet want hoe langer je iets bijhoudt hoe minder het waard is.’
Ik wil nog graag weten waar de naam ‘Den Bas’ vandaan komt? ‘Ik weet hetzelf niet. Vroeger kregen mensen wel vaker een bijnaam: den Dapperen, den Neus, de Pum. Op een bepaald moment begonnen zij mij Den Bas te noemen, misschien wel door mijn zware stem. Ach, het maakt me allemaal niet zoveel uit, ik ben een gelukkig man, een taaie vrije vogel.’
Quote:
‘Ik geloof steeds meer dat ons leven gepland is.’
Marc Herman alias Den Bas