STEKENSE Christine Steel woont sinds 1988 in het Tunesische Port El Kantaoui, een toeristische trekpleister niet ver van Sousse, omringd door een prachtig golfterrein en met een jachthaven. Christine is er directrice van een Belgisch confectiebedrijf dat produceert voor het kindermerk GYMP. Via haar familie heeft ze nog steeds een sterke band met Stekene.
“De reden om naar Tunesië te verhuizen was een vakantieliefde die is blijven duren,” vertelt Christine. “Mijn echtgenoot is deurwaarder, op een bepaald moment moesten we een keuze maken om onze toekomst in Tunesië op te bouwen. Omdat mijn man hier veel meer kansen had dan in België om een carrière uit te bouwen, opteerden we om in Tunesië te blijven.”
Werkgelegenheid voor Tunesiërs
Christine geeft leiding aan een Belgisch confectiebedrijf: “Wij doen de volledige productie van kousje tot hoedje en alles wat er tussen zit. Wij produceren met ons eigen bedrijf en verschillende onderaannemers, dat zorgt voor heel wat werk voor Tunesiërs. Wekelijks ontvangen we import vanuit België met stoffen en fournituren, wij zorgen voor afgewerkte producten, voornamelijk voor de Europese markt. Ik draag een grote verantwoordelijkheid maar ben heel gelukkig in mijn job.”
Internationaal sociaal leven
“Het leven is hier heel aangenaam,” vertelt Christine. “Ik ben al enkele jaren lid van de CGEBT (Conseil de Gouvernance Economique Belgo-Tunesien) dat samen met de Belgische ambassade regelmatig vergaderingen en diners organiseert. Zo hebben we een hechte vriendenkring met alle Belgen die hier werkzaam zijn.”
Dochter Sarah is geboren in Sousse en ging tot haar 18 jaar naar de Franse school. “Fransen en Amerikanen hebben het geluk om een eigen school te hebben waar men een officieel nationaal diploma ontvangt. Dankzij deze school en het Franse diploma kon Sarah probleemloos verder studeren in Franstalig België, zij woont reeds 5 jaar in Woluwe. Door deze school konden we een leuk internationaal sociaal leven opbouwen.”
De band met Stekene blijft
Christine had niet veel moeite om zich aan te passen in Tunesië. “Ik werd onmiddellijk aanvaard door de familie van mijn man Moncef, ook omgekeerd is Moncef altijd welkom bij mijn familie. Ik leerde heel vlug de Arabische spreektaal. Hoewel de meeste Tunesiërs Frans spreken vind ik het toch belangrijk om iedereen te kunnen aanspreken in hun eigen taal. Ook Sarah spreekt perfect Nederland, op die manier voelt ze zich helemaal thuis bij mijn familie.”
“Ik heb nog steeds een heel sterke band met Stekene. Mijn ouders liggen er begraven. Mijn zus Fabienne en schoonbroer Willy De Moor wonen er en ik ben zelfs meter van het zoontje van Grietje Cortebeek, waar ik heel blij mee ben. Ik bezoek minstens 1 keer per jaar Stekene waar ik ook een appartement kocht. Zeer zeker, de band met Stekene gaat altijd blijven.”
Quote: “Ik bezoek minstens 1 keer per jaar Stekene, de band met de gemeente gaat altijd blijven.”