ZONDAG 23 januari 2022 organiseerde uw Gazet Van Stekene een eerste wandeling voor zijn lezers. Vijftien deelnemers schreven zich vooraf in, helaas moesten we een aantal lezers teleurstellen. Onder leiding van bioloog/fotograaf Henk Knibbeler – dertig jaar actief bij National Geographic – stond een excursie van een klein deel van het Stropersbos op het programma. Een geslaagd evenement dat naar meer smaakt.
We zijn lang niet de enige wandelaars maar echt druk wordt het nooit. De voorbij week viel de regen met bakken uit de lucht, gelukkig waren de meeste deelnemers voorzien van stevige laarzen. Met zijn 400 hectare is het Stropersbos één van de grootste bos- en natuurcomplexen in Oost-Vlaanderen, er valt zoveel te ontdekken: natte weilanden, heidegebied, zwammen, mossen, grachten en waterpartijen.
Nog maar net gestart wijst Henk op de tonderzwam, een vreemde paddenstoel zonder steeltje die het liefst op oude of dode bomen groeit. De zwam is niet eetbaar. Van de tonderzwam maakte men vroeger een soort kruit, de voorloper van de lucifer. Men bewaarde dat in een tondeldoosje waarvan de inhoud bestond uit tondelkruit, een licht ontvlambaar materiaal afkomstig van de gedroogde tonderzwam.
Natuurherstel
Het grootste deel van het Stropersbos is vrij toegankelijk, een flink deel is eigendom van de Vlaamse overheid, het beheer gebeurt door Natuurpunt. Samen met de Landmaatschappij wordt sinds 2000 de natuur hersteld met als doel een groot deel van het bos een gevarieerd uitzicht te geven met respect voor biodiversiteit en de geschiedenis van het landschap.
Wat verderop ontdekken we een reeks rabatten, langwerpige ophopingen gelegen tussen greppels. Rabatten zijn eilandjes, aangelegd om droge stroken te verkrijgen waarop dan bomen geplant worden. Het Stropersbos wordt voorts doorsneden door wallen en grachten, aangelegd tijdens de opeenvolgende Spaanse en Franse bezettingen. Aan een zijde van de resten van de Staats-Spaanse Linies grenst een bivakzone aan de gracht van de Bedmarlinie.
850 soorten mos in ons land
“In ons land bestaan er circa 850 soorten mos,” vertelt Henk. “Het Stropersbos heeft zowat de grootste variëteit aan mossen in gans het Waasland. Sommige soorten groeien op de zuid/west zijde van bomen omdat daar de meeste regen valt. In de winter als alle planten in rust zijn, vormen ze sporenkapsels.” Over water gesproken: populieren zijn echte waterreservoirs, vaak zitten er duizenden liters vocht in de bomen, veel meer dan vezels.
In het Stropersbos lopen ook Konik paarden rond, ze hebben geen verzorging nodig, zijn zachtaardig en daarom ideale grazers in natuurgebieden. Een kleine pony slurpt ondertussen ongestoord in een drassig gebied, zijn maatjes grazen wat verderop. Een korte periode zat er ook nog een Hollandse geit in het gebied maar hevige ruzies met de pony’s maakten een eind aan haar verblijf. Een paar honderd meter dieper in het bos maar goed zichtbaar, enkele reeën die aan hun conditie werken.
Zullen we nog eens afspreken?
Een wandeling in coronatijd doet deugd, na afloop noteren we alleen maar positieve reacties en zien we blije gezichten. Gazet Van Stekene organiseert dan ook graag nog meerdere wandelingen onder de enthousiaste leiding van Henk Knibbeler, ieder seizoen staat garant voor nieuwe ontdekkingen. Over een nieuwe wandeldatum leest u binnenkort meer op onze website www.gazetvanstekene.be