IN 2013 gaven Focus Kemzeke/Stekene en Sigivok uit Sint-Gillis elkaar het jawoord. Ruim negen jaar later lijkt het een succesvol huwelijk en met ongeveer 270 spelende leden is de fusieclub – ik beloof dit woord bijna niet meer te gebruiken – de grootste volleybalclub in Oost-Vlaanderen. Wist u trouwens dat Vamos niet zomaar een zuiderse strijdkreet is maar de afkorting van “Volleybal Als Mooie ontspanning Stekene/Sint-Gillis-Waas”?
Jürgen Santy en Katrien De Bock zijn beiden voorzitters van het dagelijks bestuur. Dat bestuur is in verschillende cellen opgedeeld in functie van het project 2025. “Er is de voorbije jaren een verjonging doorgevoerd in het bestuur. In 2020 stelden we een visie op waaraan de club in 2025 moet voldoen. In het begin stonden de mensen van de oude generatie uit de beide moederclubs aan het roer en die hadden aangegeven dat het tijd was voor verjonging. Die mensen zijn nog met hart en ziel betrokken bij Vamos.”
Niet bang om te winnen
Jürgen heeft een verleden bij Focus, Katrien bij Sigivok. “Maar wij zijn allebei echte Vamossers,” haast Katrien zich te zeggen. “De tijd dat we een fusieclub waren is lang voorbij. Er was wat werk aan om het “wij” en “zij” eruit te krijgen. Wij zijn één grote familie op en naast het veld en die boodschap hebben we ook op onze website geplaatst. We doen er alles aan om iedereen in de club aan zijn trekken te laten komen. Iedereen is welkom maar we zijn ook niet bang om te zeggen dat we graag winnen. Het is een moeilijke strijd om het recreatieve en het competitieve te combineren.”
270 leden
“Momenteel hebben we veertien ploegen in competitie en daarmee zijn we de grootste volleybalclub in Oost-Vlaanderen,” zegt Jürgen niet zonder enige fierheid. “Er zijn nog grote clubs maar die werken enkel met dames of heren, wij doen de combinatie en willen voor beiden zoveel mogelijk aanbieden. Momenteel hebben we ongeveer 270 leden en die spelen in zowat iedere sporthal in Groot-Stekene en Groot-Sint-Gillis. Voor de trainingen werkt dat een beetje versnipperend maar voor de matchen hebben we gekozen om onze matchen overhand in Stekene en Sint-Gillis te spelen. Dat zorgt ervoor dat de spelers van de verschillende ploegen elkaar kunnen ontmoeten.”
Vijfsterrenclub
“Ondertussen wordt er in Oost-Vlaanderen echt wel naar Vamos opgekeken. Het jeugdsportfonds dat de sportclubs in Vlaanderen beoordeelt met één tot vijf sterren heeft ons laatste jaren telkens met vier of vijf sterren beloond. Daarvoor heb je gediplomeerde trainers nodig, competitieniveau nastreven, een volledige jeugdwerking en stages aanbieden. Wij staan momenteel voor gans Vlaanderen op plaats acht of negen. Kieldrecht en VDK komen wel eens een talent halen ook al omdat wij er duidelijk voor kiezen om onze eigen jeugd een kans te geven. Die doorstroming is ook de toekomst van de club want spelers halen bij andere clubs wordt niet in dank afgenomen en we hebben daar ook de budgetten niet voor.”
Tsunami van talent
“Op dit ogenblik hebben we een Tsunami van talent bij onze jeugdploegen. Vooral bij de dames want er is heel weinig instroom van jongens. Momenteel hebben we ongeveer tweederde dames of meisjes. Onze meisjesselecties vanaf 13 jaar spelen bij de top van Vlaanderen, daarvan denken we er zeker enkele te kunnen inpassen in ons fanionteam. Die rekrutering komt vooral via de scholen. We organiseren ook kampen en vriendjesdagen voor de U7 tot U19. Alles hangt voornamelijk af van het gemeentelijke aanbod al denk ik dat een zaal met de nodige sanitaire voorzieningen zeker drempelverlagend is voor is voor de meisjes. We hebben ons actief ingezet om jongens aan te trekken, ook naar de toekomst toe. Hoe kleiner het aantal hoe zwakker ook de basis van de piramide voor talent zal worden.”
Aandacht in de media
De vraag of het volleybal voldoende aandacht krijgt in de media raakt duidelijk een gevoelige snaar. “Is dat een vraag of een vaststelling”, reageert Katrien. “In het Waasland krijgen Asterix Avo wel aandacht maar in het algemeen is volleybal totaal ondergewaardeerd. Dat weten we al 20 jaar. Als je de krant openslaat zie je op de sportpagina’s eindeloos veel voetbal en pas helemaal achteraan of later in de week het volleybal. Jammer, want onze dames spelen in tweede nationale en onze heren doen het in de derde reeks gigantisch goed. De schrijvende pers doet wel moeite maar de regionale televisie is helemaal weggevallen. De lagere reeksen komen niet meer in de picture en het zou onze sponsors wel deugd doen om ook een keer op die regionale televisie hun merk te zien.”